Onlangs belde een vriendin onze afspraak af.
Net op een moment dat ik nood had aan gezelschap.
(Zo gaat dat dan. Hoera, weer een oefenkans!)
Mijn oude patroon wilde sturen:
‘Geen probleem. Ander keertje.
Zorg goed voor jezelf en tot snel.’
Want zwijgen is mijn default mode.
Mezelf inhouden.
Mijn woorden inslikken.
Dat patroon begint meer en meer te wringen.
Ik wil eerlijker communiceren, oprechter.
Ik wil mezelf laten zien, ongecensureerd.
In plaats van mezelf vaak in te houden,
begin ik meer en meer door te spreken.
Hoe spannend ik het vaak ook vind…
Ik besloot om mijn boosheid te uiten.
Om mijn kwetsbaarheid te laten zien
en de pijn die getriggerd werd te benoemen.
Ook al leverde me dat angstzweet op.
Ook al vond ik dat heel eng om te doen.
Ik zette me alvast schrap voor haar reactie.
De angst voor afwijzing is diepgeworteld.
Angst om de ander te verliezen als ik boos word.
Angst om de verbinding voorgoed kwijt te geraken.
Het oude patroon is erg sterk aanwezig.
Het voelt veiliger om gewoon te zwijgen.
‘Maak er toch geen ding van, Leni.’
Gelukkig begint het nieuwe patroon
meer en meer aan terrein te winnen:
‘Deel wat je voelt, uit zorg voor jullie relatie.’
Onder de mat
Waar ik normaal mijn gevoelens zou parkeren
en mijn boosheid onder de mat zou schuiven,
wilde ik het nu niet langer inhouden. (meer…)