Ik kijk uit het raam en zie de velden.
De groentebedden liggen er schraal bij.
Ik zie de bomen, met hun kale kruinen.
Ik glimlach.
Rust nog maar even, lieverds.
Het is winter.
Het is je zo gegund…
Stresserende stemmetjes
Voor mezelf is het een pak moeilijker
om me toe te staan het rustig aan te doen.
Mijn geest maant me voortdurend aan tot actie.
‘Hup, Leni, vooruit met de geit.’
‘Zit hier niet zomaar te zitten, doe iets!’
‘Hoog tijd om weer te beginnen creëren.’
Ik vind nochtans dat ik redelijk goed ben in vertragen,
maar jarenlange conditionering maak je niet zomaar ongedaan.
De stemmetjes die zeggen dat het sneller moet,
zijn zeer goed vertegenwoordigd in mijn geest.
Het is ook de stem van onze maatschappij,
waarin het steeds rapper en beter moet:
‘Je moet bezig blijven. Vooral niet stilvallen’.
‘Het rustig aan doen is voor losers’.
‘Als je niet productief bent, ben je niets waard’.
Mijn beoefening is om die stemmetjes niet langer te voeden.
Om deze diepgewortelde overtuigingen niet langer te geloven.
Om stilaan een ander verhaal te kunnen belichamen.
Een nieuw verhaal
Ik wil niet in de valkuil trappen van altijd maar blijven doorgaan.
Van heel het jaar door, vier seizoenen lang, altijd te moeten presteren.
Deze winter ben ik de koningin van de traagheid.
Die diep in haar wezen beseft dat het goed is.
En ze niets hoeft te doen om er te mogen zijn.
Ondanks alle stemmetjes die iets anders beweren.
Het is niet omdat ze veel lawaai maken,
dat ik ernaar moet handelen.
In plaats daarvan wil ik luisteren
naar een andere innerlijke stem.
Een diep innerlijk weten
dat niet-doen helemaal oké is.
Dat gewoon Zijn en ademen al voldoende is.
Dat het verdorie ons geboorterecht is (!).
Net zoals de bomen en de akkers.
Zoals de zoogdieren in hun winterslaap.
Rust nu maar even, lieverd.
Het is je zo gegund…
Doe je met me mee?
Ik wens jou toe dat je diepe rust en ontspanning mag ervaren deze winter.
Of liever: dat je alle stemmetjes die rust en ontspanning in de weg zitten,
gewoon mag laten tateren, zonder er verder gehoor aan te geven.
Liefs,
Leni
Leave a reply