Ik ben in de ban.
In de ban van een boek.
Een boek over body image.
Over hoe het is om een vrouwelijk lichaam te hebben.
Alle normen waar je dan aan moet voldoen.
Poeh, wat een gedoe!
Het boek ‘De naakte waarheid’ heeft mijn ogen geopend voor dingen waar ik me maar half bewust van was. Hoeveel subtiele boodschappen er iedere dag zijn over hoe je eruit moet zien. Welke kleuren in de mode zijn. Dat je tanden stralend wit moeten zijn. Hoe je buik zo plat mogelijk moet zijn. Dat je haar maar beter glanzend kan zijn dan droog, maar ook niet te veel, want dan wordt het vettig. Allemaal kleine, ogenschijnlijk onschuldige normen die samen maken dat je elke ochtend vertwijfeld voor de spiegel staat. Of spiegels algeheel probeert te vermijden.
De winkel blues
Zowat heel mijn leven heb ik me onzeker gevoeld over mijn uiterlijk. Ik herinner me bijvoorbeeld dat ik het vroeger haatte om te gaan winkelen. Ik ging altijd depressief en slechtgezind weer naar huis. Nu besef ik dat dat kwam omdat ik in het pashokje geconfronteerd werd met mijn innerlijke criticus die voortdurend commentaar had over hoe ik eruit zag. Mijn haar was altijd te plat of te vettig. Mijn huid nooit egaal genoeg. Mijn benen niet dit genoeg. Mijn buik niet dat genoeg. Heel deprimerend! Als ik foto’s terugzie van die periode, zie ik niets mis aan hoe ik eruit zag. Maar toen vond ik mezelf lelijk, onaantrekkelijk, minderwaardig.
Heel jammer. Al die verloren tijd en energie over hoe ik ‘anders’ zou moeten zijn. Al die een nodeloze complexen of projecties over hoe anderen mij zien.
Al die keren dat ik me vergeleken heb met andere vrouwen.
Al die keren dat ik me geschaamd heb over mijn puistjes.
Al die keren dat ik mezelf onzichtbaar gevoeld heb.
Al die keren dat ik in een pashokje onder een stroom zelfkritiek bedolven werd.
Auch.
Lessen in acceptatie
Ik kan niet zeggen dat ik ondertussen volledig genezen ben van mijn minderwaardigheidscomplex. Helaas. Die jarenlange conditionering kan niet zomaar weggevaagd worden. Iets in mij blijft ervan overtuigd dat er vanalles mis is. Het is wel geminderd ten opzichte van vroeger, maar onzeker voel ik me nog heel vaak. En niet alleen over hoe ik eruit zie.
Ik ben wel blij dat ik me hier meer en meer bewust van word. Ik denk dat ik stilaan de kunst aan het leren ben om onvoorwaardelijk zacht te zijn voor mezelf. In pashokjes voel ik me tegenwoordig zelfs vrij comfortabel (al winkel ik nog steeds niet graag).
Eén van de grootste lessen die ik geleerd heb over zelfacceptatie, is dat je het niet kan forceren. Het is een langzame weg, die veel moed en geduld vraagt.
Zelfaanvaarding is NIET:
~ “ik ben de moeite waard” tegen mezelf zeggen
~ een post-itje “ik ben goed zoals ik ben” ophangen aan de spiegel
~ vinden dat ik me niet mag aantrekken wat anderen van me denken
Maar wel:
~ erkennen dat ik mezelf niet goed genoeg vind en die kritische stemmetjes leren zien
~ zacht zijn voor alle gevoelens die dat oproept (pijn, verdriet, boosheid, eenzaamheid, …)
~ mezelf ontmoeten waar ik ben, met alle complexen, zelfkritiek en minderwaardigheidsgevoelens die er zijn
Als aanvaarding een ‘moeten’ wordt
Ook zelfaanvaarding kan een ‘moeten’ worden: ik moet liever voor mezelf zijn, ik moet mezelf accepteren zoals ik ben, ik moet mezelf graag zien.
In mijn ervaring is zelfliefde nog veel zachter dan dat.
Het is de keuze om zacht te zijn op die momenten dat ik zelfkritiek ervaar.
Om net mild te zijn wanneer ik streng ben voor mezelf.
Om liefdevol voor mezelf te zijn wanneer ik me liefdeloos voel.
Om niet kwaad te zijn op de zelfkritiek.
Of streng te zijn voor de strengheid.
Om niet te proberen anders te zijn dan ik ben.
En zelfs om vriendelijk te erkennen wanneer ik anders wil zijn.
Ik wens ons allemaal zeeën van zelfliefde toe. Een mateloos medeogen voor wie we zijn.
—
PS: Wil je ook meer mildheid en mededogen in jezelf ontwikkelen? Ontdek hier hoe ik jou daarbij kan helpen.
2 Comments
Dag Leni,
Ik lees je blogposts door, de één na de ander.
Wat herkenbaar allemaal, en ook deze over het uiterlijk.
Ik kijk uit naar je volgende posts.
Ann
Dank je wel voor je reactie, Ann! Fijn om te lezen dat je mijn blogposts herkenbaar vindt.
Ik ben met mijn blog begonnen in 2012, dus je hebt nog wel wat te ontdekken 🙂
Graag tot ont-moetens,
Leni