Over schuldgevoelens, het verlangen om te vieren en het belang van balans
Toen ik deze week het nieuws vernam over het toenemende geweld, racisme en onrecht in de VS, was ik er even niet goed van. Onbegrip en verontwaardiging werden gevolgd door moedeloosheid en onmacht. Op zulke momenten zou ik het liefst van al het nieuws willen vermijden. Om er niet mee geconfronteerd te hoeven worden. Mijn ‘peace of mind’ niet te verliezen.
Mijn beoefening leert me dat het mogelijk is om de pijn te erkennen en te doorvoelen, zonder er helemaal door te worden meegezogen of te worden verlamd. Meer nog: het lijden kan een voedingsbodem worden voor het ontwikkelen van meer compassie en inzicht. Toch is het niet altijd gemakkelijk om ermee om te gaan. Om het een plaats te geven. Hoe kan ik staande blijven te midden van alle onrecht, geweld en crises? Zonder erdoor kopje onder te gaan, en zonder mijn kop in het zand te hoeven steken?
Dankbaar durven zijn
Vorige week wilde ik het tweejarig bestaan van Ont-moeten vieren. Een kleine mijlpaal in mijn leven om twee jaar lang helemaal te gaan voor wat ik het liefste doe. Toch merkte ik dat ik mezelf moest overtuigen dat het oké was om dit te delen. Door de nieuwsberichten uit Amerika leek het plots triviaal en zelfs ongepast om het te vieren. Uiteindelijk besloot ik om mijn feestvreugde wel te delen met de wereld, maar het was zeker niet zonder dubbele gevoelens.
Als ik dieper kijk naar het schuldgevoel dat naar boven kwam, kom ik terecht bij de onderliggende overtuiging dat ik geen feest mag vieren terwijl andere mensen lijden. Dat ik niet blij mag zijn als andere mensen verdrietig zijn. Dat mijn eigen kleine vreugde ongepast is terwijl er aan de andere kant van de wereld mensen vermoord worden. Op het eerste gezicht klinkt dat misschien boeddhistisch, vanuit het bodhisattva principe dat niemand vrij is totdat alle mensen vrij zijn. En toch klopte het niet voor mij.
Hoe erg het ook is wat er gebeurt en hoe graag ik ook zou willen dat er wereldvrede is – liever vandaag nog dan morgen – ik doe er niemand een plezier mee als ik mijn eigen geluk minimaliseer. Als ik me schuldig voel om wat ik heb. Integendeel: om het leed van de wereld te kunnen dragen, is het net belangrijk dat ik mijn zegeningen tel en dankbaar durf zijn. Want als ik alleen maar aandacht heb voor de pijn en het onrecht, is het heel gemakkelijk om overspoeld te geraken door woede, angst of onmacht. Hoe meer ik focus op de goede dingen die me omringen, de dingen die ik wil vieren en waar ik dankbaar voor ben, hoe meer draagkracht en ruimte ik heb om te kunnen omgaan met de andere kant van het leven: de pijn, het geweld, de hartverscheurende berichten op het nieuws.
Een hart zo groot als de wereld
Het is dus niet of-of maar en-en. Ik wil de pijn van de wereld helemaal erkennen en binnenlaten EN ik wil mijn eigen vreugde ruimte durven geven. De bezorgdheid volledig toelaten EN de blijheid. De blijheid bij het zien van een zonsondergang of de volle maan. De tederheid bij het vertroetelen van onze kat. De vreugde van de diepe verbondenheid met mijn geliefde. EN de bezorgdheid om de toenemende polariteit in de wereld. De kloof tussen arm en rijk. Het aanhoudende racisme. En de onmacht en rouw die ik hierin voel.
Kan mijn hart groot genoeg zijn om dit alles te omvatten? Alle aspecten van het leven? De vreugdesprongen en de verschrikkingen. Zonder op het één of het ander te hoeven focussen, maar de realiteit als geheel zien. En soms wel een bewuste keuze maken om het één of het ander meer aandacht te geven, om zo meer balans te brengen.
Laten we plaats maken voor zowel de pijn als de vreugde. Laten we onze dankbaarheid en vreugde niet minimaliseren uit schuldgevoel. Laten we ons geluk durven erkennen en vieren. En laten we de moed hebben om ook het lijden te erkennen. En het te gebruiken als vruchtbare compost voor het ontwikkelen van meer wijsheid en mededogen in onszelf en de wereld.
Amen.
Leave a reply