Het heeft een tijdje geduurd eer ik het begreep. Het belang van boosheid. Dat het geen zonde is om boos te zijn. Dat je dan niet verkeerd bezig bent. Dat het niet betekent dat je niet mindful genoeg bent. Misschien wel integendeel: hoe meer mindfulness, hoe meer ruimte om boosheid toe te laten. Hoe minder het onderdrukt wordt. Hoe meer het kan stromen. En daar gaat het toch om: oprecht erkennen wat er is en dat ruimte geven. Het niet overdrijven, het niet minimaliseren, maar het gewoon toelaten. Nu ja, ‘gewoon’. Ik moet eerlijk toegeven dat het me jaren heeft gekost om dit te leren, vooral dan met boosheid. En het is nog steeds met vallen en opstaan.
Boos, bozer, boost!
Ik herinner me dat een zenleraar me een zestal jaar geleden reeds probeerde duidelijk te maken dat boosheid niet negatief is. Dat het, zoals elke emotie, iets te zeggen heeft. Als we boosheid werkelijk durven doorvoelen, kunnen we inzicht krijgen in wat we nodig hebben. Het toont ons waar onze pijn zit, welke behoefte om aandacht vraagt. Dit is ook de basis van Geweldloze Communicatie, om via je gedachten en gevoelens uit te komen bij wat je werkelijk nodig hebt. Dan kan je een verzoek formuleren om je behoefte te vervullen. Klinkt heel eenvoudig, maar het vraagt toch wel wat inzicht en zelfkennis om dit werkelijk te kunnen. Om niet te vervallen in verwijten en verwensingen. En om te leren zien wat er allemaal in de weg staat om open en eerlijk te communiceren. (meer…)